Tijdens de coronacrisis staat onze toekomstige vrijheid op het spel
- Nieuws
- Tijdens de coronacrisis staat onze toekomstige vrijheid op het spel
Naar een festival, de kroeg in, chillen met vrienden in het park: het leek allemaal vanzelfsprekend bij Bevrijdingsdag te horen, maar helaas zitten we 5 mei 2020 ook binnen. Jongeren beseffen door de coronacrisis meer wat vrijheid waard is, zo blijkt uit onderzoek van 3Vraagt. 3FM vraagt aan socioloog Justus Uitermark hoe we tijdens de coronacrisis tegen vrijheid aankijken, hoe we ons nog vrij kunnen voelen met alle beperkende maatregelen en hoe vrij we nog zijn ná de crisis.
Justus Uitermark is hoogleraar Urban Geography aan de Universiteit van Amsterdam. Daarvoor was hij universitair hoofddocent. Van 2012 tot 2016 was hij bijzonder hoogleraar Samenlevingsopbouw aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Reden genoeg om hem wat vragen te stellen over denken over vrijheid in de huidige corona-samenleving.
Justus, hoe vieren we Bevrijdingsdag tijdens de vrijheidsbeperkende coronacrisis?
"Ik denk niet dat de coronacrisis afdoet aan de beleving van vrijheid. Op 5 mei vieren we dat Nederland vrij is van onderdrukking en dat zijn we nu nog. Ook gaat Bevrijdingsdag meer om de samenleving dan om het individu. Dat is mooi, Bevrijdingsdag krijgt nu juist een extra dimensie omdat we samen door een crisis heengaan. Zo’n dag is een uiting van lotsverbondenheid, een belangrijk gevoel tijdens een crisis. Die verbondenheid zag je al tijdens Koningsdag en dat verwacht ik nu weer."
Maar toch… Het blijven ingrijpende maatregelen. Voelt iedereen zich nog even vrij?
"Het verschilt natuurlijk per groep, sommigen worden harder geraakt in hun vrijheid dan anderen. Bijvoorbeeld ondernemers in contactberoepen: hoe langer de maatregelen duren, hoe pijnlijker dit voor hen is. Maar toch, het valt mij op dat mensen bereid zijn om keuzes te maken in het belang van anderen. In vrijheid kiezen ze iets voor een ander te doen, door thuis te blijven of handen te wassen. Dat zijn handelingen die je nooit kunt afdwingen en we doen ze toch.
Ik denk ook dat we ons vrijheidsgevoel hebben behouden doordat de overheid niet meer dan dwingende oproepen doet. We kunnen veel zelf beslissen in ons handelen. Ook helpt het dat de overheid heeft laten merken dat ze soms twijfelt en ze zich kan aanpassen. De overheid deinde eerder mee met de roep om strengere regels, nu is het omgekeerd, met afbouwen. De overheid luistert, omdat ze de steun van de samenleving heel hard nodig hebben."
Wanneer gaan de coronamaatregelen te ver?
"We hebben een probleem als we op de lange termijn niet zeker zijn van onze fundamentele rechten. Ik denk dat we moeten oppassen met surveillance-apps, zoals die in China. De Chinese overheid doet al langer aan fijnmazige controle en dat is nog verder versterkt tijdens corona. Zoiets heeft vergaande gevolgen die je nu niet kunt overzien, geen goed idee.
Daarnaast moet er een draagvlak voor maatregelen zijn. Nu worden vrijheden ingeperkt met instemming van de bevolking. Dat draagvlak bereik je door goed uit te leggen waarom beleid wordt gevoerd. Daar kunnen we wat van leren, voor de besluitvoering in het algemeen, want elk sociaal probleem is een variatie hierop. Ik noem het ook weleen les in wederzijdse afhankelijkheid: verschillende groepen in de samenleving realiseren zich dat ze nu voor hun gezondheid van elkaar afhankelijk zijn. Daardoor gaan we samen oplossingen bedenken."
Waar hangt vrijheid van af?
"Poeh, dat is een brede vraag. Ik denk dat een belangrijk deel van dat antwoord is of je in je persoonlijke leven gebruik kan maken van vrijheden. Dus dat je genoeg geld en kansen hebt om een vrije keuze te maken. Zo niet, dan blijft dat beperkt. Daarom maak ik me ook zorgen over de recessie die na deze crisis zal volgen. Wie gaat de economische klappen incasseren?"
Economische klappen betekenen minder vrijheid?
"Ja, we nemen nu een hypotheek om alle hulp te kunnen bekostigen. En daardoor worden de komende generaties opgescheept met een enorme schuldenlast, wat hen beperkt in hun keuzemogelijkheden. Als we die verplichtingen eenmaal hebben, dan zitten we de komende twintig jaar vast.
Zo ging het ook in Griekenland na de economische crisis. Daar zag je dat er weinig sprake meer was van democratie, ook al werd er nog gediscussieerd over schuldaflossing. Door de verplichte uitkomst van de discussie hadden ze verder weinig keuze."
Klinkt ernstig. Kunnen we dit voor zijn?
"Ik denk dat het heel belangrijk is dat we uitgebreid discussie voeren waar het geld voor wordt gebruikt en wie de lasten zullen dragen. We nemen in korte tijd enorme beslissingen over gigantisch veel geld, welke grote consequenties met zich meedragen. We staan nu aan de vooravond van eenzelfde, of ernstigere crisis als in 2008. Daar moeten we niet slaapwandelend ingaan."
Meer discussie dus. Wat vind je van de coronamaatregelen in Nederland?
"Ik ben al met al positief over de aanpak hier. Ik denk dat de maatregelen die genomen zijn niet typisch zijn voor Nederland. Ze zijn een logische reactie op de situatie waar we inzitten. Als het zo ernstig was als in Italië of Spanje hadden we ook een heftiger lockdown gehad.
Kenmerkend is wel dat de regering veel verantwoordelijkheid bij burgers zelf legt. Dat zit in ons standaard handelingsrepertoire, voor beslissingen hebben we veel overleg en zoeken we consensus. Voor een deel is het een praktische afweging: als een crisis zo grootschalig is, dan moet je als overheid de bevolking meekrijgen in de oplossing, anders krijg je het niet voor elkaar."
Werkt die verantwoordelijkheid voor Nederlanders?
"Ik denk dat dit vooral werkt door een groot vertrouwen in de overheid, in experts en in elkaar. Als dat vertrouwen er niet is, dan geeft de bevolking geen gehoor aan de adviezen van de overheid. Dan zouden meer mensen stiekem hun eigen gang gaan. Hier zie je een vertrouwen in de informatie en mensen weten duidelijk waar we het allemaal voor doen."
Veel eigen verantwoordelijkheid. Gaan mensen elkaar dan niet continu controleren?
"Mensen controleren elkaar nu minder dan eerder. Ik vond het eerst heel opvallend dat je op het nieuws beelden zag van mensen die naar het strand gingen met de boodschap dat dit echt niet kon. Ik had zelf het idee dat mensen op het strand zich netjes aan de anderhalve meter afstand hielden, maar toch werd men hier keer op keer streng op aangesproken. Nu lijkt er een verandering in dat verhaal: je ziet veel meer dat mensen een manier van handelen op anderhalve meter proberen te vinden, bijvoorbeeld voor visite of in de winkel.
Ook heb ik het idee dat het perspectief op de anderhalve meter nu uiteenloopt. Je hebt de rekkelijken, die de anderhalve meterregel niet als heel strikt zien, terwijl andere mensen juist meer mondkapjes gaan dragen en duidelijk maken dat anderen uit de buurt moeten blijven. Minder elkaar aanspreken en meer verantwoordelijkheid voor jezelf nemen."