David Bowie derde keer op #1 in Album Top 100

De halve muziekwereld was vorige week (blij) verrast toen David Bowie het album ‘The next day’ vrij gaf om te beluisteren, een week voor de eigenlijke release. Een week lang heeft iedereen dus kennis kunnen nemen van zijn 24e studioalbum. De reacties waren positief tot zeer positief en dus is het niet verwonderlijk dat het album binnenkomt op de eerste plaats. Het is na ‘Let’s dance’ (3x in 1983) en ‘Tonight’ (1x in 1984), zijn derde #1-notering. Van de 29 nummers die zijn opgenomen in de afgelopen twee jaar met producer Tony Visconti, in The magic shop in New York City, haalden er 14 het album.

In januari was er sinds vier jaar weer een nieuwe single van Bon jovi: ‘Because we can’. Een maand later begonnen de rockers aan de gelijknamige wereldtournee die hen ook naar ons land zal brengen. Of ‘What about love’, het twaalfde album, dan nog in de albumlijst staat, hangt mede af van de hitsingles die er nog van af komen. ‘What about love’, het twaalfde studioalbum en binnen op #2, is hun veertiende notering. Het is na ‘Keep the faith’ (in 1992), ‘One wild night – live in 1985 – 2001’ (in 2001) en ‘Bounce’ (in 2002) hun vierde #2-notering. Daarnaast bereikten ze twee keer de eerste plaats, met ‘These days’ (in 1995) en ‘Crush’ (in 2000).

We hadden al ‘1619 Broadway – the brill building project’, het album van Kurt Elling (op #*) dat een eerbetoon is aan het gebouw waar veel populaire liedjes zijn geschreven en opgenomen. Ook ‘Real to reel’ van Sound city is een eerbetoon. Dit keer aan de legendarische opnamestudio Sound city in Van Nuys in Los Angeles, waar diverse artiesten opnamen, waaronder Neil Young, Fleetwood mac, Santana, Triggerfinger en Arctic monkeys. Dave Grohl van de Foofighters die zelf in 1991 met zijn band Nirvana het album ‘Nevermind’ opnam, nam het initiatief tot het eerbetoon. Hij nodigde onder andere Paul McCartney, leden van Fleetwood mac, Neil Young en leden van Foo fighters uit voor een concert dat gehouden werd op 31 januari, na de presentatie van de documentaire ‘Sound city’. ‘Real to reel’ is de soundtrack daarbij.

Hurts is het Britse duo Theo Hutchcraft (zang) en Adam Anderson (synthesizer en gitaar). In 2010 debuteerde het duo met het album ‘Happiness’, waarvan het nummer ‘Better than love’ Megahit was op 3FM. Bij ons kwam het album niet hoger dan de 88e plaats, maar wereldwijd zijn er zo’n 1 miljoen van verkocht. Nu is er dan het tweede album, dat het duo produceerde samen met Dan Grech-Marguerat (Keane, the Kooks) en Jonas Quant (Leona Lewis, No doubt). Quant was ook co-producer van ‘Happiness’, het album uit 2010.

Twee jaar geleden debuteerde zangeres Pien Feith uit Utrecht met het album ‘Dance on me’ dat tot #29 kwam. Op dat album, waar ze twee jaar aan had gewerkt, was ze op zoek naar een manier om de verschillende stijlen als hiphop, dance en techno te vertalen naar haar eigen geluid. Op ‘Tough love’ gaat ze verder op de ingeslagen weg en legt ze dwarsverbanden tussen elektronica en indiepop. De productie werd gedaan in Chicago door Chris Moore (Yeah yeah yeah’s, TV on the radio). Ze was daar samen met Melvin Wevers (gitarist/toetsenist in haar band) naar afgereisd.

Als ze als jongetje was geboren, had hij Orlando geheten. Dat zegt zangeres Tesaa Douwstra uit Rotterdam over de naam van haar band Orlando. Van de steun van 3FM dj Eric Corton en zelf muzikant is Orlando verzekert. Op 23 september 2012 speelde Orlando tijdens de Cortonville-sessies (de online speeltuin van Corton) voor de Popronde in Nijmegen en dat maakte indruk. Het debuutalbum, ‘The early warning company’, is opgenomen in de bossen bij Utrecht in de studio van Silence du monde, een popcollectief waar onder andere Orlando en Wooden heart (een andere band van Tessa) deel van uitmaken. Donderdag 25 april staat Orlando in Tivoli in Utrecht.

‘Pale green ghosts’ van de Amerikaanse singer-songwriter John Grant, is een verwijzing naar de Russische olijfbomen die te vinden waren in de buurt van Grant's ouderlijk huis in Colorado. Op het album, opgenomen in IJsland, verzorgt de Ierse zangeres Sinéad ‘o Connor de achtergrondzang. Vorig jaar coverde zij het nummer ‘Queen of Denmark’, titelnummer van zijn debuutalbum uit 2010 (#38).

Sinds 2008 woont en werkt de Britse singer-songwriter Rupert Blackman in Utrecht. Tijdens een optreden op de Dam in Amsterdam werd hij gespot door Anouk, die hem vroeg voor haar tournee, die uiteindelijk niet doorging. Wel deed hij de voorprogramma’s van Sabrina Starke en Valerius. ‘The lights of home’ is het debuutalbum van Rupert Blackman, die je de komende tijd veel tegen zult komen op de podia.

‘The Brill building’ is een bestaand gebouw in Manhattan aan 1619 Broadway op 49th street. Het gebouw stamt uit 1931 en is bekend vanwege de vele muziekbedrijven en de opnamestudio’s die er gehuisvest zijn. In het verleden zijn daar veel populaire liedjes geschreven door onder andere Burt Bacharach & Hal David (voor Dionne Warwick) , Jerry Leiber & Mike Stoller (Elvis Presley) en Phil Spector (Motown artiesten). ‘1619 Broadway – the brill building project’ is dan ook een eerbetoon van de Amerikaanse jazzzanger Kurt Elling aan de nummers die in dit gebouw zijn geschreven.