HUMAN

Daan (24): 'Ik denk dat God ook een beetje gay is'

foto: anp photo
  1. Nieuwschevron right
  2. Daan (24): 'Ik denk dat God ook een beetje gay is'

Veel christelijke LHBT'ers kampen met depressie en suïcidale neigingen, voornamelijk op weg naar hun coming out. Maar het kan ook anders, zo blijkt uit het verhaal van Daan. Hij wil laten zien dat je als homo prima belijdend christen kunt zijn.

Daan (24) is student. Hij is geboren in de buurt van Rotterdam en verhuisde later met zijn ouders naar Bennekom. Daan ziet eruit als iemand die liever de tijd neemt voor een boek dan voor een feestje. Hij draagt een bescheiden kruisje om zijn hals, is serieus en tegelijkertijd grappig. Hij bekijkt de dingen graag van de zonnige kant.

Rond zijn veertiende ontdekte Daan dat hij anders was dan andere jongens, dat hij weinig tot geen gevoelens had bij meisjes. “Ik dacht: Ik ben waarschijnlijk een late puber, want ik was ervan overtuigd dat ik hetero was. Huisje, boompje, beestje, trouwen met een vrouw, precies zoals de kerk het voorschrijft, was mijn waarheid. Het is gestoord hoe sterk angst is. Hoe je door die angst van alles kan verzinnen om maar niet anders te hoeven zijn. Pas rond mijn achttiende erkende ik dat ik gay was.”

Streng gereformeerd

Dat hij jarenlang zijn seksualiteit ontkend heeft, wijdt hij aan zijn opvoeding en omgeving. Zijn ouders zijn namelijk streng gereformeerd. Thuis werd nooit over homoseksualiteit gepraat, maar volgens Daan was het duidelijk dat zijn familie gays afkeurde. Ook op school, in de kerk of in zijn vriendengroep sprak niemand over homoseksualiteit.

Homo’s werden impliciet in het rijtje ‘zondige mensen’ geplaatst. "De enige momenten dat het ter sprake kwam was wanneer mensen werden uitgescholden voor homo,” zegt Daan.


(Bron: ANP)

Daans eigen homofobie

“Op mijn achttiende heb ik voor het eerst, via WhatsApp, aan een vriend verteld dat ik op jongens val. Dat was heel speciaal, want hij zei: ‘Ik moet je iets vertellen.’ En toen zei ik: ‘Ik jou ook.’ Bleek dat hij ook gay was. We zijn dus tegelijkertijd uit de kast gekomen. Daardoor zijn we heel close geworden. Hij gaat namelijk ook naar mijn kerk, dus we begrepen elkaar goed. We hebben de hele zomer samen doorgebracht. Het was een hechte vriendschap.”

Het was een wazige tijd. Hij gaf dan wel voor het eerst aan zichzelf (en een vriend) toe dat hij gay was, zichzelf accepteren deed hij niet. “Ik was stiekem al manieren aan het uitstippelen om mezelf van kant te maken. Ik haatte mezelf, omdat ik dacht dat de wereld mij haatte. Ik moest dus eerst over mijn eigen homofobie heenkomen.”


(Bron: ANP)

Even slikken

Zijn zelfacceptatie kwam op gang door zijn eerste coming out. Met die vriend deelde hij naast gedachten en gevoelens ook filmpjes. “Dankzij YouTube ontdekte ik een wereld vol LHBT’ers. Filmpjes waar mensen uit de kast kwamen. Filmpjes waarin jongens vertelden dat ze gay waren. Ik zag een hele groep en de cultuur die daarbij hoort. Daardoor werd ik krachtiger.”

Na een zoektocht van een jaar durfde hij aan zijn ouders te vertellen dat hij op jongens viel. Dat was moeilijk. Maar hij kon niet meer tegen zijn omgeving liegen: “Dus ik vertelde het en zei: 'Mam, dit is echt'." Zijn ouders moesten even slikken, maar vertelden in de eerste plaats dat ze van hem hielden.

Knappe jongens op TV

Daarna heeft hij zijn hele familie opgebeld om te vertellen dat hij gay is. “Mijn oma uit Rotterdam reageerde heel grappig, ze zei alleen maar met een Rotterdams accent: ‘Oooh, maar dat dachten we al lang hoor.’” Toch praat zijn familie niet echt over Daans seksualiteit. Aan zijn broertje wordt vaak gevraagd wanneer hij nou eens een meisje meeneemt, maar aan hem nooit.

In zijn gezin wordt Daans homoseksualiteit gelukkig niet in de doofpot gestopt. Met zijn ouders, broertje en zusje kan hij goed praten. Ze moesten wel wennen aan het idee dat hij gay is, maar ze staan er wel voor open. “Het is een proces en we hebben veel gediscussieerd. Maar mijn ouders snappen nu veel meer van LHBT’ers. Eerst hadden ze een stereotype beeld over homo’s. Ze dachten dat alle homo’s oversekst en overdreven waren. Nu niet meer. Ze zijn heel nieuwsgierig naar mijn wereld. Met mijn zusje kan ik zelfs als we met de familie voor de TV zitten over de knappe jongens op het scherm praten.”


(Bron: ANP)

Telkens uit de kast

Eerlijk zijn over je seksualiteit is voor Daan vermoeiend. Tegen zijn familie, vrienden, buren, klasgenoten moet hij niet één keer, maar constant uit de kast komen. Hij kan niet tussen neus en lippen zeggen dat hij op jongens valt. Hij moet altijd de ruimte geven om zijn nieuws te verwerken. “Mensen zeggen: 'Oh, dat is moeilijk, maar ik hou wel van je.' Ze weten niet zo goed wat ze met me aan moeten. Zo gaat het altijd in onze christelijke bubbel.”

Zo wordt Daan gedwongen steeds zijn seksualiteit uit te leggen aan anderen. Zijn identiteit is een soort activisme geworden. Dat zorgt voor een dikke huid, die hem voorbereidt op de wereld, maar hem tegelijkertijd sloopt. “Als ik hetero was, dan was ik een ander persoon geweest. Dan zou ik waarschijnlijk gereformeerd zijn en heel zwart-wit denken. Ik denk niet dat een hetero ooit zal begrijpen hoe diep het in je wezen gaat zitten als je altijd buiten de kaders valt.”


(Bron: ANP)

De bijbel is ook maar een boek

De relatie met zijn geloof is erg veranderd. “Er werd bij ons in de kerk altijd gezegd dat geloven over vrijheid gaat. Ik heb dat nooit zo ervaren. Voor mij voelde de kerk altijd als een gevangenis. Ik dacht ook dat God mij haatte, omdat ik gay was.” Tijdens zijn jaren van zelfonderzoek is Daan opnieuw de bijbel ingedoken. “Ik kwam erachter dat de Schrift cultuur-, tijd- en plaatsgebonden is. Toen het oude testament werd opgeschreven was homoseksualiteit niet goed. Maar we leven nu in een andere tijd. Dat was een openbaring.”

Maar dat is nog niet alles. “De goede lezer weet dat in de bijbel ook staat dat iedereen geschapen is naar Gods evenbeeld. Dus blijkbaar zit er ook een stukje in God dat gay is.” Sinds een tijdje durft hij ook tot God te bidden voor zichzelf en andere LHBT’ers, voor een beetje hulp en steun. Vroeger zou hij dat nooit gewaagd hebben, toen dacht hij dat God iemand was die homo’s haatte.


(Bron: ANP)

Schending van mensenrechten

Voor Daan is God nog steeds belangrijk en nog altijd gaat hij de streng orthodoxe Christelijk Gereformeerde kerk. Wel is hij op zoek naar een andere kerk. “Ik voel me daar niet meer thuis. Ik mag geen relatie hebben, ik mag geen belijdenis doen, mag niet voor de kerk trouwen of mijn kinderen dopen. Mijn mensenrechten worden geschonden als het ware. Terwijl je niet mag discrimineren in Nederland. In de kerk mag dat opeens wel en de regering kan daar niets tegen doen door de scheiding van kerk en staat."

Gelukkig zijn niet alle kerken zoals die van zijn ouders. En niet alle gelovigen zijn zo streng. “Ik zit,” zegt Daan, “in een jeugdvereniging van die gereformeerde kerk, waar we ronduit praten over seksualiteit, trouwen, samenleven, waarden en normen. Daar zitten mensen die net als ik geloven dat God van iedereen houdt, ons niet afkeurt, maar zijn hand uitsteekt."

Onlangs ondertekenden prominente Nederlandse gelovigen de Nashville-verklaring, waarin wordt gesteld dat homoseksuele relaties niet door Gods beugel kunnen. Toch zijn er veel LHBT’ers die ook in God geloven en naar de kerk gaan. In een serie van vijf verhalen onderzoekt Tobiah Palm voor 3FM Tussenuur hoe het is om als LHBT’er op te groeien in een christelijke omgeving. Hoe is het om uit de kast te komen in een religieuze omgeving? Hoe reageert die omgeving? En wat gebeurt er met je geloof als je LHBT’er bent?

Ster advertentie
Ster advertentie